harmkevdwerf.reismee.nl

A= 1, B= 2

Luid zingend staan de kinderen voor de school. De Tanzaniaanse vlag hoog in top. In rijen van klein naar groot staan de kinderen te dansen en te zingen opgezweept door de ritmes van de trommels. In de verte komen er meer kinderen aan met in hun hand brandhout en op hun hoofd een jerrycan met water.



Goh leuk, stiekem sloot ik achter in de rij aan en ik probeerde ook mee te doen. Totdat de kinderen allemaal een kwartslag draaiden en ik opeens vooraan stond. Ik deed een stapje opzij om de marcherende kinderen er langs te laten.


Na twee dagen de leraren geobserveerd te hebben, zou ik de maandags echt beginnen. Ik had mijn plannen aangegeven. Vier ochtenden was ik beschikbaar om les te geven, de vijfde ochtend zou ik met de kinderen bezig zijn voor mijn onderzoek. Ik gaf aan dat het misschien handig was dat ik kleine groepjes zou begeleiden, daar was de directeur het ook wel mee eens.

Toen ik de maandagochtend op school kwam, was er een leraar afwezig. Het was dus geen klein groepje maar standard 5 (11 jaar) die ik les mocht geven. Ik kreeg een wiskunde boek mee, werd voorgesteld voor de klas en ik mocht beginnen. Ruim 40 kinderen keken mij verwachtingsvol aan, dit bleven ze doen nadat ik de eerste opdracht gegeven had. Na verschillende gebaren gemaakt te hebben om de opdracht uit te leggen, begreep ik dat dit niet zou werken.


Ik zette daarom maar wat sommen op het bord en ik gaf aan dat ze die wel mochten maken. Nadat ze die gemaakt had, vroeg ik of de kinderen dit voor het bord uit wilden leggen. In het Engels uitleggen bleek wat te veel gevraagd, dus dat deden ze maar in het Swahili.


Ik probeerde daarna verschillende interactieve rekenspelletjes maar nadat er weer een lange stilte viel, ging ik maar weer over naar het rekenboek.


De sommen waren al gemaakt, dus de vragen (in het Swahili) bleven over. Ik schreef deze vragen op het bord (maar ik wist zelf niet wat er stond). Nadat deze vraag gemaakt was, schreef een leerling het antwoord op het bord. Aan de reacties van de andere kinderen beoordeelde ik of de vraag goed was of niet. Na ruim anderhalf uur klonk er een geluid dat de pauze aangaf, saved by the bell.

Na van deze les bekomen te zijn, kwam een lerares naar mij toe dat ik naar standard 7 (13/14 jaar) moest. Ik gaf aan dat ik de boeken niet kon lezen, ze keek wat bedenkelijk en zij dat ik dan wel wat mocht bedenken. Best, in standard 5 had ik gezien dat de kinderen mij niet goed konden verstaan. In standard 7 zou ik het anders aanpakken.

De kinderen zitten hier met veel leerlingen in de klas (standard 7: 47 kinderen) en elke les hebben de kinderen een andere leraar. De kinderen zitten dus voornamelijk te luisteren, maar of ze het begrepen hebben is onduidelijk . De lessen zijn gericht op de gemiddelde leerling, er is geen extra hulp voor de kinderen die dat nodig hebben of moeilijkere stof voor de begaafdere leerlingen.


Ik ging een les rekenen met letters doen. Op het bord schreef ik A=1, B=2, C=3, D= 4, E= …, H= …. Daarna schreef ik mijn naam met daaronder het aantal punten. Daarna kon iedereen zelfstandig aan het werk om te tellen hoeveel zijn eigen naam telde.


Ik liep daarna langs om te kijken hoe dit ging. Ik leerde zo een aantal namen kennen, maar ik kon ook zien of ze het begrepen (afkijken is nogal moeilijk bij deze opdracht). Na nog wat verschillende opdrachten, sloot ik de les af met commando pinkelen. Met de woorden ‘ja =ndyo’ en ‘nee = hapana’ en veel gebaren lukte het om dit spelletje met de kinderen te spelen.

Na deze toch wel inspannende lessen gaf ik bij de directeur aan dat het de volgende dag handiger was om in kleine groepjes te werken. De volgende keer zal ik hier meer over vertellen.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!